Expositie telefonie in ’t Kringhuus
In ’t Kringhuus van de Historische Kring Hoogeveen is een nieuwe expositie ingericht. Deze is op 6 februari geopend door wethouder Eric Giethoorn en is te bekijken tot eind juli 2019.
Engelbert Kohl heeft een grote verzameling antieke/oude telefoons. In de jaren 80 van de vorige eeuw begon hij te verzamelen. Zijn 1e exemplaar was de telefoon met kiesschijf, die ze thuis hadden. Hij kwam vaak op rommelmarkten waar hij nogal eens telefoons zag liggen. Ze hadden wel zijn interesse, maar hij nam ze toch niet mee omdat hij de techniek niet kende. Maar op een dag kon hij het niet laten en kocht een telefoon, die gerestaureerd moest worden. Hij kwam in contact met iemand die hem kon helpen met de techniek. Deze man was een voormalig PTT-medewerker die een grote verzameling gerestaureerde telefoons in zijn kelder had, ze werkten allemaal. De vonk sprong over en Kohl was besmet met het telefoonvirus. Hij leerde veel over de oude techniek van deze PTT-man. Hij kwam aan telefoons via rommelmarkten en marktplaats. Ze moesten alle worden gerestaureerd, maar veel onderdelen waren/zijn niet meer te krijgen. Dit vergt een groot improvisatietalent om de telefoons weer gebruiksklaar te krijgen en op die manier nieuw leven in te blazen. Een hele uitdaging. Kohl heeft ook een verzameling militaire veldtelefoons en in het verleden heeft hij vooroorlogse radio’s gerestaureerd, radio’s met elektronenbuizen/lampen. Helaas moest hij deze verzameling van de hand doen i.v.m. een woningrenovatie.
Kohl zoekt nu niet meer specifiek naar telefoons, maar als hij toevallig een bijzonder exemplaar tegenkomt laat hij deze niet staan, mits deze betaalbaar is. Hij is blij met de expositie in ’t Kringhuus. Zo kunnen ook anderen kennis nemen van de historie van de telefonie. Het was de start van de huidige mobiele telefoon. De expositie in ’t Kringhuus, Schutstraat 167, Hoogeveen, is iedere dinsdagmiddag van 13.30 – 16.30 uur te bekijken. Groepen, zoals vrouwenorganisaties, scholieren enz., kunnen ook op een ander moment komen.
Een afspraak hiervoor kan gemaakt worden via telefoonnummer 0528 – 236035 (op dinsdagmiddag) of via het mailadres
STRUNEN IN HOOGEVEEN
Op dinsdag 29 januari 2019 struunde Harm Dijkstra van RTV Drenthe door Hoogeveen. De Historische Kring heeft hieraan een belangrijke bijdrage geleverd. Zo is Johann Bisschop met Harm meegelopen op zijn ronde, maar Harm werd eerst ontvangen in ’t Kringhuus, waar het bestuur aan het vergaderen was.
’ t Kringhuus staat op de Schutstraat waar vroeger een kanaal lag, wat gegraven is door toedoen van Roelof van Echten. Het heette toen De Nieuwe Grift en liep tot Het Kruis, de plek waar ooit in Hoogeveen de eerste bebouwing begon. Vervolgens ging de wandeling lang de voormalige Synagoge. In 1799 werd in Hoogeveen een synagoge ingewijd. Dit gebouw is in 1865-1866 afgebroken en vervangen door een nieuwe synagoge. Doordat in de Tweede Wereldoorlog vrijwel de gehele Joodse bevolking van Hoogeveen is gedeporteerd en omgebracht waren er niet meer genoeg Joodse inwoners om de synagoge in stand te houden. Daarom is deze in 1948 verkocht aan de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt en kreeg het de naam Schutstraatkerk. In 1966 werd het gebouw verkocht aan de Baptistengemeente, die de voormalige synagoge de naam ‘De Schutse” gaf.
Naast de synagoge staat een monument ter herinnering aan hen die omgekomen zijn tijdens de holocaust.
Harm en Johann liepen vervolgens via de Zuiderweg naar de oude begraafplaats. Ze bezochten daar het gedeelte waar een groep vrijwilligers van de HKH actief is met het opknappen van oude graven. Zo is inmiddels een grafheuvel weer goed zichtbaar waar leden van de familie Van Holthe tot Echten begraven liggen.
Ook kwamen ze langs het baarhuisje waar Johann een bijzonder, maar ook triest, verhaal vertelde. De eerste grafdelver van de nieuwe begraafplaats in 1828 was Licolaas Fernim. Hij was tevens de eerste grafdelver in dienst van de gemeente Hoogeveen. Hij was ook kleermaker en woonde op het Alteveerse Opgaande (nu Alteveerstraat) dicht bij het dijkje (de huidige Leiendijk), dat naar het kerkhof leidde. Omdat hij zo dicht bij de begraafplaats woonde kon hij tevens wat toezicht houden. Licolaas zorgde ook voor het onderhoud van de begraafplaats. Zijn echgenote Roelofje Jacobs Wolting stierf in augustus 1948 en werd begraven in een nieuw eigen graf. In april 1853 moest Licolaas zijn 4,5 jaar oude kleinzoon Jan begraven. Hij kwam bij zijn oma in het graf. De tegenslagen waren voor Licolaas hiermee niet ten einde, want in Hollandscheveld kwam een nieuwe begraafplaats, waardoor er minder mensen in Hoogeveen werden begraven. Dit betekende minder inkomsten voor hem. Of zijn verdriet en financiële zorgen er voor gezorgd hebben dat Licolaas het niet meer zag zitten is niet te zeggen, maar op 27 juni 1854 vond zijn zoon Gerrit het lijk van zijn vader in het baarhuisje waar hij zich had verhangen. Hij was vier dagen daarvoor onvindbaar.
De wandeling van beide heren ging verder via de Alteveerstraat waar ze nog even stil stonden bij de oude pijp van de melkfabriek. Deze pijp is behouden gebleven dankzij een actie, met de naam ‘de pijp moet blijven’, van een lid van de HKH. De 46 meter hoge fabriekspijp van de zuivelfabriek is van algemeen belang voor de provincie Drenthe en hij staat op de provinciale monumentenlijst.
En dan nog een stukje lopen tot Het Kruis. De plek van waaruit de eerste bebouwing van de huidige Hoofdstraat begon. Destijds 1e Wijk genoemd en later (Streek) de Huizen. Enkele karakteristieke panden bij Het Kruis zijn bewaard gebleven, zoals Het Huis met de Duivengaten en ‘t (Olde) Schippershuus.
Het Huis met de Duivengaten dateert uit 1691 en stond net buiten het gebied van Van Echten. Hier hadden mensen uit Zuidwolde het recht om duiven te houden. Zij bouwden dit huis met de duivengaten. Sommigen zeggen wel dat ze dat deden om Van Echten te pesten, omdat hij hier niets te zeggen had. Tegenwoordig is er een grand café/restaurant in het pand gevestigd.
’t Olde Schippershuus is gebouwd in 1632. Dit huis heeft meerdere namen gehad en is in de loop der tijden flink verbouwd. Vanaf 1650 noemt men het Tiendenhuis, omdat de boeren hier een tiende deel van de opbrengst van het koren moesten afstaan. Dit was een soort belasting. In 1909 kwam er een café in, waarvandaan je toen nog de schepen voorbij zag gaan. Het heet sindsdien ´t (Olde) Schippershuus.
Voor Harm en Johann is hiermee een einde gekomen aan het strunen en ze nemen afscheid van elkaar.